Afgelopen zomer liet ik al zien hoe je een bestaand patroon voor een shirtje aan kan passen om een leuk jurkje te maken met ruffles bij de mouwen. (Je kan die ook met lange mouwen maken.) Voor de winter heb ik datzelfde patroon gepakt en er een meisjes trui van gemaakt met ruffles dwars over de voor- en achterkant. Ik laat zien hoe ik dat gedaan heb en deel het eindresultaat in twee verschillende stoffen!
De materialen
- een stukje rekbare stof naar keuze (ik gebruik de ‘knitted fabric piqué‘ in de kleur wijnrood voor de tui en een tricot van Stoffentijd voor het shirt)
- bijpassend garen
- het gratis Ester & Ebbe patroon van Threads by Caroline (je moet je inschrijven voor de nieuwsbrief om het patroon te krijgen)
- een groot stuk papier (gebruik inpakpapier, patroonpapier of plak A4tjes aan elkaar)
Misschien is het handig om te weten dat ik 0,5 m stof bestelde voor een trui in maat 80. De stof die ik voor de trui gebruikte is wel wat lastiger om mee te werken dan een normale tricot. Heb je nog niet zo veel ervaring, dan zou ik zeker aanraden om eerst het shirt te maken voor je de ‘knitted fabric’ pakt.
Zo maak je deze meisjes trui met ruffles
- Was de stof en laat het drogen.
- Open het patroon in een pdf-reader en kijk welke maat je nodig hebt. Zet de lagen met de overige maten uit.
- Print het patroon, knip alles uit en plak waar nodig de delen aan elkaar. Als het goed is heb je dan een voorkant, een achterkant, een stukje voor de hals, een stukje voor de ruffles en een mouw.
- Het patroondeel voor de ruffles kan je weggooien, die gebruiken we voor deze trui niet.
- Leg de patroondelen voor de voor- en achterkant op een groot stuk papier en trek ze over.
- Ik heb zelf de hals aan de voorkant wat verhoogd, maar dat is een kwestie van smaak.
- Knip beide delen uit.
- Teken een lijn dwars over de voorkant en doe het zelfde bij het patroondeel voor de achterkant. (Ik heb de lijn voor wat schuiner laten lopen.) Langs deze lijn ga je straks de ruffles plaatsen.
- Neem de notities van het originele patroon over op alle vier de delen:
- Voor of achter.
- Maat.
- Draadrichting van de stof.
- Waar je het patroondeel ‘on the fold’, dus tegen de stofvouw aan moet leggen. (Middenvoor en middenachter.)
- Voeg nu je eigen notities toe:
- Het patroon is inclusief naadtoeslag, maar bij het knippen van de stof moet er nog wel naadtoeslag toegevoegd worden langs de schuine lijnen.
- Waar je het patroondeel ‘on the fold’ moet leggen en vervolgens door moet knippen. (De zijkanten, dus de delen waar de mouwen aankomen.)
- Knip de patroondelen los langs de schuine lijnen.
- Meet de schuine lijn van de voorkant.
- Meet de schuine lijn van de achterkant.
- Tel deze getallen bij elkaar op en verdubbel het. Dit is de lengte van de stof die je nodig gaat hebben voor de ruffles.
- Knip nu twee stroken stof voor de ruffles. De lengte heb je net bepaald, de breedte kan je zelf kiezen. Ik ging bij de trui voor 10 cm en bij het shirt voor 7 cm.
- Leg nu beide patroondelen voor de voorkant op de stof. Let daarbij op de draadrichting en waar je het patroon tegen de stofvouw aan moet leggen.
- Knip/snijd de stof maar voeg langs de schuine lijn de extra centimeter toe voor de naad.
- Bij het patroondeel met de mouw moet de stof nog doormiddel geknipt worden waar je ‘on the fold’ geknipt hebt.
- Herhaal deze stappen voor de achterkant van de trui.
- Pak het patroondeel voor de mouw erbij en knip die tweemaal.
- Knip ook het reepje stof voor de hals. (Gebruik je dezelfde knitted stof als ik? Dan kan het geen kwaad om dit stukje wat breder te knippen.)
- Tijd om de ruffles voor te bereiden. Pak de lange stroken stof die je net geknipt hebt en werk één van de lage kanten netjes af. Dit kan door een rolzoom te maken of een zigzagsteekje te gebruiken. (Bij tricot zou je het zelfs achterwege kunnen laten.)
- Doe dit bij beide stroken.
- Plaats een spoeltje met een contrasterende kleur garen in je naaimachine en kies een zo groot mogelijke basic steek.
- Naai langs de lange kant van een van de stroken en stop vlak voor het einde.
- Draai de stof een kwartslag en naai één steek.
- Draai de stof weer een kwartslag en naai weer langs de lange kant terug. (Zorg dat je niet over je eerste naad heen naait!)
- Pak de twee contrasterende draden vast en trek zachtjes aan de stof zodat deze gaat plooien.
- Herhaal deze stappen voor de andere strook.
- Leg de stukken stof voor de achterkant en de voorkant netjes op elkaar met de goede kanten van de stof naar elkaar toe.
- naai de schoudernaden vast.
- Klap het middelste gedeelte van de trui open en leg deze plat op tafel met de goede kant van de stof naar boven.
- Leg een van de ruffles netjes langs de rand, met de goede kant van de stof naar beneden.
- Bij de uiteindes kan je de stroken een beetje opzij schuiven, zodat de ruffle daar straks steeds smaller wordt.
- Pak de juiste zijkant van de trui en leg deze netjes op de ruffle, met de goede kant van de stof naar beneden.
- Naai alle lagen aan elkaar.
- Herhaal deze stappen voor de andere ruffle.
- Leg de trui netjes plat neer en naai vlak langs het de naad van de ruffle. Let er op dat je door het randje stof heen naait wat aan de binnenkant van de trui zit. Zo blijven de ruffles netter plat liggen.
De volgende stappen heb ik dit keer minder gedetailleerd vastgelegd, maar in de post over het jurkje laat ik ze duidelijker zien!
- Vouw het stukje voor de hals dubbel en naai de korte kant aan elkaar.
- Vouw de cirkel die je gemaakt hebt in de andere richting dubbel, met de goede kant van de stof naar buiten.
- Plaats die cirkel, aan de goede kant van de stof, in de halslijn van de trui.
- Speld het op een paar plekken vast. Je zal zien dat die cirkel kleiner is dan de halslijn zelf, dus verdeel de stof netjes.
- Naai de cirkel aan de halslijn vast met een stretch- of overlocksteek. Doe dit rustig aan en rek de stof steeds een beetje uit om er voor te zorgen dat je geen gekke ophopingen krijgt aan het einde.
- Pak er een mouw bij en bepaal waar het midden is.
- Leg het mouwdeel op de trui, met de goede kanten van de stof naar elkaar toe.
- Zorg ervoor dat het midden van de mouw op de schoudernaad komt te liggen en speld vast.
- Speld nu de hele mouw vast langs het armsgat.
- Naai alle lagen netjes aan elkaar.
- Herhaal deze stappen voor de andere mouw.
- Vouw de uiteindes van de mouwen 1,5 cm naar binnen en naai vast met een stretchsteek of (bij voorkeur) een normale steek in combinatie met een tweelingnaald.
- Leg de trui nu netjes neer, met de goede kanten van de stof naar elkaar.
- Speld de zijkanten aan elkaar. (Dus de mouwen, onder de oksels en de zijkanten van het lijfje.)
- Naai vast.
- Vouw de onderkant van de trui 1,5 cm naar binnen en zorg dat je de ruffle ook goed meevouwt.
- Naai rondom vast met een stretchsteek of een normale steek in combinatie met een tweelingnaald.
Klaar! Dit is dan het resultaat.
Ik besloot het patroon dus meteen te testen in een andere stof die ik nog had liggen. Ik maakte de ruffles iets smaller en dan krijg je dus dit. Ook leuk, toch?
Veel plezier met deze DIY! Vergeten jullie niet om op Instagram de hashtag #mysimplyspecial toe te voegen als je ook een meisjes trui of shirt met ruffles gemaakt hebt? Ik vind het erg leuk om jullie creaties te zien en zo kunnen we elkaar inspireren!